![]() |
Ossenstaartstukken |
Hoe maak je van niets iets? Dat is kort door
de bocht zo’n beetje mijn motto in de keuken. En dan bedoel ik niet zomaar iets
dat-er-wel-mee-door-kan. Nee. Dan bedoel ik iets lekkers, iets grandioos, een
fantastisch feestmaaltje liefst. Met zomin mogelijk moeite. Dat wel. Toevallig
sluit mijn keukenmotto heel goed aan op de hedendaagse maatschappelijke
situatie. De huizenprijzen dalen. Bedrijven gaan failliet. Als we de
berichtgeving mogen geloven zit binnenkort de halve inheemse beroepsbevolking
thuis aan de keukentafel werkloos te wezen. Het is crisis. Dat is natuurlijk balen.
Noem het pech. Sommige dingen veranderen nu eenmaal nooit. Uitzichtloos is het
bestaan en beter zal het op korte termijn niet worden. Maar laten we daarover
niet al te lang janken. Je kunt de zaken ook van de positieve kant bekijken. Als
je werkloos bent heb je namelijk héél véél vrije tijd. En wat moet je met al
die uren waarin je niets om handen hebt? Je denkt nu nog dat een nieuwe baan
snel gevonden is, met al je ervaring en je cv, maar daar kan ik je snel uit de
droom helpen: dat gaat nog wel even duren. De krant is zo uitgelezen, en die mag
je met het troosteloze uitzicht op een nieuwe baan toch heel waarschijnlijk al
snel opzeggen. Hoe nu al die ledige uren op te vullen? Als ik een kleine
suggestie mag doen: laten we weer eens gaan koken. Fijn het nuttige met het
aangename verenigen. Eten moet je toch. Elke dag friet is niet goed voor je en
daar word je ook in no-time dik en depressief van. Nee, luister nou maar naar mij:
we gaan lekker ouderwets uren in de keuken doorbrengen: slow cooking. En nu we
moeten bezuinigen, die ontslagvergoeding is zo op hoor, kunnen we eindelijk
eens creatief gaan koken. We gebruiken de bijna vergeten minder populaire
stukken vlees, want die kosten gewoon veel minder. Geen kiloknallers, maar zeer
smakelijk biologisch vlees wat anders ver achterin de vriezer van de slager
verdwijnt: ossenstaart. Ik heb er het
ideale recept voor gevonden. Je maakt er een overheerlijke winterse
ragout van die je naar keuze met andere hele goedkope, want seizoens-, groenten
kunt combineren. En believe you me: je bent er zo rustig twee dagen mee zoet.
Nou ja, je oven dan.
Een heus slow food receptje:
Verwijder van 1,5 kilo ossenstaart in stukken
het meeste vet en bestrooi met peper en zout waarna je ze in een hete ovenvaste
pan met deksel aanbakt in olie/boter tot bruin. Doe hierbij 1 fijngehakte ui, 1
winterwortel in blokjes en 2 stengels bleekselderij in stukjes plus twee flinke
knoflooktenen. Omscheppen, voeg peperkorrels, 1 klein gedroogd rood pepertje,
foelie, twee laurierbladeren toe. Blus af met halve liter sherry - of als je dat niet hebt staan een half
literblik goedkoop bier, doet het ook goed - en heet water totdat het
onderstaat. Deksel op pan en in oven op 80C graden hele nacht - of dag en nacht -laten stoven totdat vlees zo ongeveer van beenderen afvalt. Zet
koel tot gebruik. Warm langzaam op, verwijder vleesstukken uit de pan en pluk het vlees eraf. Laat ondertussen het vocht op hoog vuur inkoken tot een licht gebonden saus. Vlees terug in
saus, doorwarmen en op smaak maken. Strooi er nog wat fijngehakte platte peterselie over voor de feestelijkheid.
(Recept afkomstig uit Movida, behalve het
ragoutgedeelte dan en het langzaam op lage temperaturen garen.)
Serveer met zelfgemaakte focaccia en allioli en gekookte
aardappelen in schil. Frisse salade erbij met knoflook/citroen/peterselie dressing.
Wijnsuggestie, want net een hele doos van
gekocht: La Parra Tempranillo 2010 van By the Grape.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.